Zinslengte is een belangrijk om rekening mee te houden bij het schrijven van teksten. Want te lange zinnen kunnen je tekst moeilijk en onprettig om te lezen maken. Het is daarom belangrijk om de juiste zinslengte te hanteren om je publiek geïnteresseerd en betrokken te houden.
Dit wil natuurlijk niet zeggen dat je nooit lange zinnen kunt schrijven. Of dat het tegenovergestelde waar zou zijn: dat je alleen maar kortere zinnen zou moeten schrijven.
Veel mensen met nog weinig schrijfervaring, schrijven vaak te lange zinnen. Dat gold zeker ook voor mezelf. Nu weet ik (denk ik) meestal op tijd een punt te zetten. Ik let er ook altijd op tijdens het schrijven. Is de zin te lang of niet?
In deze blogpost geef ik je een aantal tips die je zullen helpen minder lange zinnen te maken.
Begrip van zinslengte is belangrijk voor iedereen die schrijft, omdat het een grote invloed heeft op hoe leesbaar en aantrekkelijk een tekst is voor de lezer.
Allereerst, als je korte zinnen gebruikt, maak je jouw verhaal gemakkelijk te begrijpen. Teksten met een gemiddelde zinslengte tot tien woorden begrijpt vrijwel iedereen. Maar te lang zinnen maken dat je tekst juist heel moeilijk te begrijpen.
Hoe lang je zinnen ‘mogen’ zijn, heeft alles te maken met het publiek waarvoor je schrijft. Uit Amerikaans onderzoek is gebleken dat mensen een tekst prettig leesbaar vinden als de gemiddelde zinslengte ligt rond de vijftien woorden (B1-niveau).
Dat komt overeen met de claim van de Nederlandse overheid. Ze stelt dat ‘de overgrote meerderheid van de bevolking teksten op taalniveau B1 begrijpt. Ook mensen die geen (hoge) opleiding hebben gehad.’
Taalniveau in Nederland wordt onderverdeeld in vijf klassen: A, B1, B2, C1 en C2, waarbij het laagste niveau vertegenwoordigt en C2 het hoogste niveau.
Mensen met taalniveau A zijn vaak beginnende studenten van de Nederlandse taal of mensen met een verstandelijke beperking. Niveau C2 is voor hoogopgeleide, vaak universitair geschoolde mensen.
Waar mensen met taalniveau A zinnen met een gemiddelde lengte van acht woorden nog goed kunnen begrijpen, kunnen mensen met een taalniveau C2 zinnen met een gemiddelde lengte van 25 woorden nog goed begrijpen. De voorgaande zin is dus véél te lang voor de meeste mensen. ;)
Het is dus goed te weten (of in te schatten) wat het taalniveau van je doelgroep is. Schrijf je voor een breed publiek, houd dan in gedachte dat je voor mensen met een B1-niveau schrijft.
Dat hoeft niet te min te zijn. Ernest Hemingway deed precies dat. Hij stond bekend om zijn ‘eenvoudige’ schrijfstijl, maar wordt gerekend tot de grootste schrijvers aller tijden. Niet voor niets won hij de prestigieuze Pulitzer Prijs en de Nobelprijs voor Literatuur.
Trouwens, wat heb je aan een tekst die de meeste mensen niet of maar moeilijk begrijpen?
Goed, lange zinnen vermijden en alleen maar korte(re) zinnen schrijven is dus niet de oplossing. Dat roept de vraag op hoe je dan tot ‘goede’ zinslengtes komt. Dat is gelukkig niet al te ingewikkeld. Je hebt maar één tip nodig:
Zorg voor afwisseling in de lengte van je zinnen. Probeer dus korte en lange zinnen af te wisselen. Korte zinnen zijn vaak makkelijker te begrijpen en houden de aandacht van de lezer vast.
Lange zinnen kunnen, als ze goed geschreven zijn, juist meer details en diepte aan je tekst geven, en zo het verhaal beïnvloeden. Maar let op, lange zinnen van meer dan veertig woorden kun je beter vermijden. Die zijn bijna per definitie moeilijk leesbaar.
Je kunt de begrijpelijkheid van je zinnen verder vergroten door eenvoudige woorden te gebruiken. Hierdoor wordt je tekst toegankelijker voor een breed publiek.
Een andere manier om je tekst aantrekkelijk en duidelijk te maken, is het gebruik van opsommingen, bullet points en tabellen. Dit helpt je lezer om je informatie snel te begrijpen.
Een voorbeeld:
Ten slotte, schrijf zoals je zou praten met een vriend. Spreektaal dus. Gebruik dan ‘je’ in plaats van ‘u’. Dit helpt je tekst niet alleen toegankelijker te maken, maar zorgt er ook voor dat je niet te lange zinnen schrijft.
Kortom: als je rekening houdt met de zinslengte bij het schrijven, zorg je ervoor dat je tekst niet alleen begrijpelijker wordt, maar ook aantrekkelijker voor je lezers. En dat is altijd een goed idee!
Veel Nederlandse zinnen worden onnodig lang gemaakt. Dat komt dan vaak door het gebruik van wat ik de W-woorden noem: ‘wat’, ‘waardoor’, ‘waarover’, ‘waaraan’ en ‘waarin’.
Dit zijn zogenaamde voornaamwoordelijke bijwoorden. Ze zorgen ervoor dat je de ene zin met een komma aan de andere zin kunt knopen, waardoor de hele zin erg lang wordt. Kijk maar naar de voorgaande zin.
Het woord ‘waardoor’ zorgt voor een bijzin. En die bijzin maakt de zin lastiger te begrijpen. Gelukkig bestaat het ‘D-woord-equivalent’ voor deze W-woorden. En die maken je het (schrijf)leven een stuk gemakkelijker. Kijk maar.
Dit is de oorspronkelijke zin met een W-woord:
‘Ze zorgen ervoor dat je de ene zin met een komma aan de andere zin kunt knopen, waardoor de hele zin erg lang wordt.’
De zin herschreven met een ‘D-woord’:
‘Ze zorgen ervoor dat je de ene zin met een komma aan de andere zin kunt knopen. Daardoor wordt de hele zin erg lang.
Ik heb de oorspronkelijke lange zin gesplitst in twee zinnen door het W-woord ‘waardoor’ te vervangen door het D-woord ‘daardoor’.
Hier nog vijf voorbeelden:
ZIN MET W-WOORD | GESPLITSTE ZIN DOOR GEBRUIK D-WOORD |
---|---|
Het project is mislukt waardoor we opnieuw moeten beginnen. | Het project is mislukt. Daardoor moeten we opnieuw beginnen. |
We hebben lang gediscussieerd over een moeilijk keuze waarover we het niet eens konden worden. | We hebben gisteren gediscussieerd over een moeilijke keuze. We konden het daar niet over eens worden. |
Het boek gaat over de geschiedenis van Nederland waarin de belangrijkste gebeurtenissen worden beschreven. | Het boek gaat over de geschiedenis van Nederland. Daarin worden de belangrijkste gebeurtenissen beschreven. |
De medewerker van het tuincentrum verzorgde de plant waaraan kleine blaadjes groeiden. | De medewerker van het tuincentrum verzorgde de plant. Daaraan groeiden kleine blaadjes. |
Hij stak jarenlang veel geld in het project wat gedoemd was te mislukken. | Hij stak jarenlang veel geld in het project. Dat was gedoemd om te mislukken. |
Zie je hoe gemakkelijk je van één lange zin twee duidelijke, korte(re) zinnen maakt? Dus let op de W-woorden als je schrijft. Je kunt ze heel gemakkelijk vervangen door de bijbehorende D-woorden.
Behalve letten op de zinslengte is het ook raadzaam te letten op te lange en ingewikkelde woorden. Dit zijn eerder woordcombinaties of samenstellingen die moeilijk te begrijpen zijn.
Denk hierbij aan 'kosten-batenanalyse', 'langetermijnplanning' en 'gebruiksvriendelijkheid'. Probeer deze woorden op te splitsen in kortere en eenvoudigere termen, zoals 'kosten en baten', 'planning op lange termijn' en 'makkelijk in gebruik'.
Zoals de bovenstaande tussenkop al suggereert, heeft de zinslengte invloed op je schrijfstijl. Waarom dat zo is, leg ik zo uit, maar eerst een definitie van wat schrijfstijl is:
Schrijfstijl is de manier waarop iemand zich schriftelijk uitdrukt. Dit omvat aspecten als woordkeuze, zinsbouw, beeldspraak en toon. Een schrijfstijl kan bijvoorbeeld direct of indirect, eenvoudig of ingewikkeld, formeel of informeel zijn. Bepalende factoren zijn onder andere het onderwerp, het doel en het publiek waarvoor je schrijft.
Dat zinslengte invloed heeft op je schrijfstijl heeft alles te maken met het feit dat ze invloed heeft op hoe het verhaal overkomt bij de lezer.
Als ik alleen maar heel korte zinnen gebruik, kan mijn tekst saai en kinderlijk overkomen. Open maar eens een kinderboek voor kinderen tot zes jaar. Je zult zien dat de meeste zinnen hooguit tien woorden lang zijn.
Het andere uiterste, vrijwel alleen maar lange zinnen, geeft een totaal andere indruk. Neem juridische teksten. Die staan bol van de lange zinnen, meestal met zeer formele terminologie en woorden. Wat voor indruk geeft die stijl je?
Alleen maar korte of lange zinnen schrijven is nooit een goed idee. Zeker als je voor een breed publiek schrijft. B1-niveau, weet je nog?
Bij het schrijven zijn er een paar veelgemaakte fouten die je kunt vermijden om een tekst begrijpelijker en aangenamer te maken. Dat geldt zowel voor lange als korte zinnen. Enter de fenomenen run-on zinnen en fragmentzinnen, en hoe je ze kunt vermijden.
Run-on zinnen zijn zinnen die eigenlijk uit meerdere zinnen zouden moeten bestaan, maar door een foutieve structuur zijn samengevoegd. Dit maakt het moeilijk om de boodschap van de zin te begrijpen en kan vermoeiend zijn voor de lezer.
Om run-on zinnen te vermijden, let ik erop dat mijn zinnen niet te lang worden en niet zonder een goede reden samenvoeg. Een handige tip is om zinnen te verdelen in kortere en duidelijkere eenheden.
Slecht voorbeeld: Ik ging naar de winkel vandaag, het regende buiten en ik nam mijn paraplu mee, dus ik werd niet nat.
Goed voorbeeld: Vandaag ging ik naar de winkel. Het regende buiten, dus ik nam mijn paraplu mee. Daardoor werd ik niet nat.
Fragmentzinnen zijn zinnen die incompleet zijn en meestal belangrijke grammaticale elementen missen, zoals werkwoorden of onderwerpen.
Deze zinnen kunnen verwarrend zijn voor de lezer, omdat ze de verwachting wekken dat er iets ontbreekt. Om fragmentzinnen te vermijden, controleer ik mijn zinnen altijd op volledigheid en juiste grammatica.
Hier is een voorbeeld van een fragmentzin en hoe je deze kunt corrigeren:
Slecht voorbeeld: ‘Een goede schrijver zijn. Geduldig zijn en oog voor detail hebben.’
Goed voorbeeld: ‘Om een goede schrijver te zijn, moet je geduldig zijn en oog voor detail hebben.’
Door op deze fouten te letten, zorg je ervoor dat je tekst gemakkelijker te lezen en te begrijpen is. Het verbetert dus de kwaliteit van je schrijven.
Het Nederlands barst van de tussenwoordjes en ‘onzinnige’ woorden. Die kun je beter vermijden bij het schrijven. Als je in een café zit en een verhaal vertelt aan een vriend, wil je dat je verhaal duidelijk en begrijpelijk is.
Daarvoor moet je eenvoudige woorden gebruiken en lange zinnen vermijden. Schrap de tussenwoordjes en ‘onzinnige’ woorden en je bent al halverwege.
Tussenwoordjes als ‘maar’, ‘gewoon’, ‘dus’ en ‘uiteindelijk’. gebruiken we vaak te veel, waardoor de tekst onnodig lang en ingewikkeld wordt. Probeer daarom bij het schrijven deze woorden te verminderen of zelfs helemaal te verwijderen.
Ik bedacht voor mezelf ooit een ‘zin’ die me helpt te focussen op de woorden die ik meestal uit een zin kan weglaten zonder dat ik de zin geweld aandoe.
Die zin luidt als volgt:
Dit is geen zin, omdat die geen onderwerp en werkwoord heeft. Wel is het een begrijpelijke reeks van elf woorden (De ‘wel’ in deze zin is wel nodig omdat-ie in dit geval een contrast aangeeft). Dat maakt hem gemakkelijk te onthouden.
Houd die zin in gedachten als je je tekst controleert op (te) lange zinnen. Probeer dan de woorden uit de bovenstaande zin te schrappen. Wedden dat je wat woorden ‘kwijtraakt’?
Wanneer je schrijft, is het belangrijk dat de zinnen niet te lang zijn. Korte zinnen zijn vaak makkelijker te begrijpen en lezen prettiger. Maar wissel af met langere zinnen om je tekst natuurlijk en begrijpelijk te houden. Het is de kunst om een goede balans te vinden tussen korte en langere zinnen. Streef daarbij naar een gemiddelde zinslengte van ongeveer vijftien woorden. Dat gemiddelde levert teksten op die door een breed publiek te begrijpen zijn.